Voor de indexeringsvoorstellen volgen we de CPB-ramingen voor 2025, die per februari 2024 beschikbaar zijn en een rol spelen in de begrotingsprocessen. We houden rekening met de prijsinflatie van het jaar 2024 (2,9% volgens het CPB per februari 2024) en hetgeen we voor prijsindexatie hadden opgenomen in de begroting 2024 (3,2%).
Voor 2025 stellen we voor het prijsindexcijfer vast te stellen op 1,9%. We baseren ons op de verwachtingen van het Centraal Economisch Planbureau (CEP) per februari 2024 voor het jaar 2025 en het verschil tussen de opgenomen prijsindexatie in de begroting 2024 en de bijgestelde prijsinflatie van CEP per februari 2024 voor het jaar 2024. Het betreft het kengetal ‘Prijs materiële overheidsconsumptie (imoc)’, dat voor 2025 wordt geraamd op 2,2%. Met het verschil tussen de opgenomen prijsindexatie in de begroting 2024 en de prijsinflatie van het jaar 2024 van 0,3%, komen we op een prijsindexcijfer van 1,9%.
Dit zijn ramingen waarbij er altijd sprake is van een bepaalde mate van onzekerheid. Het betreft een inschatting van de economische ontwikkelingen op basis van de informatie die per februari 2024 beschikbaar is.
Het voorstel is om bovenstaande als uitgangspunt vast te stellen. In het geval van bijdragen aan verbonden partijen, zullen de begrotingen van die verbonden partijen worden gevolgd. De indexering van verbonden partijen is niet op voorhand al opgenomen in de berekening van de stelpost prijsindexatie. Voor onze interne beleidsbudgetten passen we prijsindexering toe. Het budget dat nodig is voor indexatie nemen we op in een stelpost, behoudens die van verbonden partijen. Die passen we aan op de betreffende budgetten. Er vinden geen automatische bijstellingen van budgetten plaats. In het meerjarenperspectief wordt gerekend met constante prijzen; gelijk aan de werkwijze in Duo+ en de andere DUO-gemeenten.
Aangezien in de algemene uitkering nog geen rekening is gehouden met de meerjarige compensatie voor inflatie, stellen we voor om de budgetten voor prijsindexatie aan de lastenzijde als p.m. op te nemen. Hiermee zijn de uitgangspunten aan de lasten- en batenzijde identiek toegepast.
We verwachten dat het Rijk ons met de aanpassing van de algemene uitkering gaat compenseren voor de inflatie, die ons noodzaakt de budgetten te indexeren. De verwachting is dat de meicirculaire een eerste tegemoetkoming voor inflatie bevat met een nadere aanpassing in de septembercirculaire.